Hoera: het is Internet Day!
-
Exact 50 jaar geleden werd de eerste e-mail verzonden tussen twee computers
-
Vandaag mailen, surfen, chatten en streamen we erop los
-
Een op de vijf jongeren sms’t en app’t elke dag tijdens schooluren met ouders
-
Ruim twee op de vijf Vlamingen vinden het ‘not done’ om sociale media te gebruiken voor professionele contacten
Vandaag vieren we Internet Day. Terwijl 50 jaar geleden geprobeerd werd om de allereerste e-mail tussen twee computers te verzenden via het ARPANET, mailen, surfen, chatten en streamen we er vandaag op los. Geen uitvinding die ons leven en onze communicatie in ijltempo veranderd heeft dan het internet. Zelfs tijdens de schooluren blijken ouders en kinderen vandaag in contact te staan via het internet. Maar op kantoor blijken we terughoudender te zijn: twee op de vijf Vlamingen vinden het ‘not done’ om op professioneel vlak sociale media te gebruiken.
Op 29 oktober 2019 wilde de Amerikaanse informaticus Leonard Kleinrock 'Log In' naar de Stanford University verzenden via het ARPANET, de voorloper van het wereldwijde web. Maar er volgde al snel een crash, waardoor ze aan de andere kant alleen de 'L' en de 'O' ontvingen. LO werd zo het eerste 'hello' van het internet en meteen ook de eerste e-mail.
Terwijl die allereerste e-mail niet zonder problemen verliep, mailen, surfen, chatten en streamen we er vandaag op los. Chatten en bellen via sociale media-apps als WhatsApp of Facebook Messenger zijn in ons dagelijkse leven bijna de norm geworden.
Appen met baas? Voor een deel not done
Toch vindt een deel van de Vlamingen het gebruik van sociale media voor professionele contacten not done. Ruim twee op de vijf (42%) vinden het ongepast om sociale media te gebruiken voor professionele of formele contacten, zoals hun baas of collega’s. Dat blijkt uit een onderzoek bij meer dan 700 Vlaamse volwassenen naar hoe we communiceren, uitgevoerd door onderzoeksbureau Indiville in opdracht van Telenet. Een op de drie (31%) is er nog niet goed uit of het kan of niet. 21% zegt dan weer dat er helemaal niets mis mee is.
Toch verkiezen we nog de meer klassieke kanalen om te communiceren voor het werk. Zo geeft 65% van de volwassenen aan dat ze nog altijd het liefst de telefoon nemen. Meer dan de helft (58%) zegt ook nog steeds veel te e-mailen. Bij meer dan een op de drie (36%) kan een sms dan weer wel. 22% zegt wel eens te chatten via sociale media-apps en 16% zegt zelfs te telefoneren via sociale media. Een minderheid (9%) communiceert geregeld via videocalls voor het werk. Jongere generaties zien er minder graten in om berichten te sturen voor het werk, met name 18- tot 24-jarigen gebruiken regelmatig sms (49%) of sociale media (45%) voor formele contacten.
“Mama toch niet wéér kaas op mijn boterham”
Overal en altijd bereikbaar zijn, is ook het motto van veel Vlaamse gezinnen geworden: 70% van de volwassenen wil hun gezinsleden altijd en overal kunnen bereiken. En dat geldt ook tijdens de schooluren.
Bijna een op de vijf jongeren (18%) zegt dat ze minstens een keer per dag contact hebben met hun ouders als ze op school zijn,. Meer dan de helft (51%) zegt zeker een keer per week tijdens de schooluren met mama of papa te sms’en of app’en, blijkt uit onderzoek bij meer dan duizend Vlaamse ouders en jongeren. Ouders schatten dat contact iets lager in. Zo zegt meer dan een op de drie (34%) van de ouders minstens elke week contact te hebben met hun kinderen als ze op school zijn. Bij 14% is dat minstens een keer per dag.
Het contact verloopt hoofdzakelijk via sms (56%) of via chat op sociale media (23%), zoals een Whatsapp-groep. In 70% van de gevallen gaat het dan om praktische afspraken maken: wanneer is wie thuis en wat eten we vanavond.
Maar steeds met elkaar in contact staan, zelfs tijdens de schooluren, is dat wel gezond? Noch de kinderen, noch de ouders lijken er een probleem in te zien, want 41% van de kinderen én de volwassenen zegt dat het initiatief voor de berichten afwisselend van beide kanten komt.
“Deze resultaten tonen nog maar eens aan hoe het internet ons leven heeft veranderd. Terwijl internet vroeger vooral werd gebruikt om e-mails te versturen en informatie op te zoeken, bekijken en verzenden we nu massa’s foto’s en video’s. We vinden het belangrijk om te weten hoe mensen met onze producten omgaan. Met ons initiatief #TelenetGO raden we hen ook aan er af en toe zelf bij stil te staan. ” Lisa De Winter, verantwoordelijke TelenetGO
Meer info vind je op http://www.telenetgo.be
Onderzoeksbureau Indiville voerde het onderzoek online uit in opdracht van Telenet bij 723 meerderjarige Vlamingen in huishoudens van minstens twee personen en 307 jongeren tussen 12 en 17 jaar. De resultaten zijn representatief naar leeftijd en geslacht, de maximale steekproeffout bedraagt 3,64% bij de volwassenen en 5,59% bij jongeren.